Rugklachten

Lage rugpijn / SPIT of Lumbago

Bij deze klachten is er sprake van een acute pijn, die gepaard gaan met verkramping van de spieren en irritatie van de lage ruggenwervels.

Vaak is er sprake van overbelasting, waarbij er blokkeringen van een wervelgewrichten of verrekkingen en verkrampingen van de rugspieren. Dit kan komen door een verkeerde houding of een te abrupte beweging. Maar ook door stress, zwangerschap, overgewicht en een hernia.

Beenlengteverschil

Een beenlengteverschil komt vaak voor, maar levert niet altijd klachten. Bij een beenlengteverschil is het ene been langer dan het andere. Hierdoor komen de bekken weer scheef te staan en kan er een onbalans van het lichaam en dus ook klachten ontstaan. Ook kan het voorkomen dat de knieën gedraaid gaan staan om zo het lengteverschil te compenseren.

Een beenlengteverschil kan door veel verschillende redenen ontstaan. Zo kan het door een genetische afwijking al tijdens of vlak na de geboorte ontstaan. Maar ook een ongeluk tijdens de groei of een knie-/heup prothese kan er voor zorgen dat er een verschil in lengte optreedt.

Bekkenscheefstand

Er wordt een onderscheid gemaakt tussen een bekkenscheefstand en een bekkenverwringing.

Bij een bekkenscheefstand staat het bekken aan een kant lager dan de andere kant.

Bij een bekkenverwringing staat de ene bekkenhelft ten opzichte van de andere bekkenhelft naar achter gedraaid.

Een bekkenscheefstand kan ontstaan als het lichaam niet meer voldoende kan compenseren en er een disbalans ontstaan. Dit kan komen door een bevalling, een val, spierzwakte, een ongeluk, wervelblokkades een aangeboren beenlengteverschil, een verkeerde houding of standsafwijkingen.

Een bekkenscheefstand kan leiden tot verschillende klachten, zoals lage rugpijn, pijn in het been of in het bekken zelf. Dit komt omdat het lichaam de scheefstand zelf probeert te compenseren door bijvoorbeeld de rug of de knieën te draaien of een knie te buigen.

Dit kan zich uiten in nekpijn, hoofdpijn, rugpijn of pijn in de heupen met uitstraling naar de benen.

Hernia / hernia nuclei pulposi

Bij een hernia is er sprake van een uitstulping van een tussenwervelschijf in de wervelkolom. Deze uitstulping geeft dan druk tegen het ruggenmerg of tegen een zenuw waardoor deze gaat irriteren. Hierdoor kan het ook zijn dat de pijn uitstraalt.

Het kan op meerdere plekken in de rug voorkomen maar komt meestal voor in de lage rug.

Het verslijten van de wervelschijven is een proces wat voorafgaat aan de hernia, dit wordt ook wel discusprotrusie genoemd.

Een hernia kan ontstaan door een slechte houding, overbelasting, weinig lichaamsbeweging en ouderdom. Ook kan het erfelijk zijn.

Een hernia uit zich in klachten in de lage rug, deze zullen in periodes opspelen. Het kan soms zo erg zijn dat normale werkzaamheden niet meer uitgevoerd kunnen worden. De pijn kan uitstralen en krampen veroorzaken.

Bij hoesten, niezen of persen kunnen de klachten verergeren, omdat dan de druk op de tussenwervelschijven groter worden.

Slijtage kraakbeen in ruggenwervels/ Artrose in de rug

Bij artrose is er sprake van slijtage van het kraakbeen van de tussenwervelschijven. Deze liggen tussen ruggenwervels en werken als schokdempers voor het lichaam. Deze bestaan uit kraakbeen met een geleiachtige kern. Door artrose vermindert de natuurlijke schokdemping tussen de gewrichten.

Artrose heeft diverse oorzaken, maar de meest voor de hand liggende is ouderdom. Het kraakbeen krijgt door de jaren heen steeds meer te verduren en wordt steeds minder flexibel.

Artrose in de rug uit zich in pijn, deze is lokaal maar kan ook uitstralen, omdat er zenuwen beklemd raken. Bij een ernstige slijtage kunnen de vormen van de botten beschadigd raken omdat de ruggenwervels over elkaar heen schuren.  Dit veroorzaakt klachten zoals opstartklachten, stijfheid en een zeurende of stekende pijn.

Een vergroeide rug / Scoliose

Bij scoliose is er sprake van een zijwaartse vergroeiing van de wervelkolom. Deze vergroeiing kan bij de geboorte aanwezig zijn maar kan ook op laterale leeftijd ontstaan. Op latere leeftijd kan dit bijvoorbeeld komen door een verkeerde houding of beenlengteverschil. Maar in 80% van de gevallen is de oorzaak van de vergroeiing niet bekend.

Ook komt het vaker bij meisjes voor. De vergroeiing in de rug kan de vorm van een S of een C hebben. Hierdoor ontstaat er een kromming in de rug en kunnen er klachten ontstaan omdat de spierbelasting asymmetrisch wordt uitgeoefend. Als deze vergroeiing zich in de lage rug bevind is de kans op klachten groter.

In sommige gevallen gaat de vergroeiing gepaard met pijnklachten, maar dit hoeft echter niet altijd het geval te zijn.